Product 2.1 Stedelijke ontwikkeling
Nieuwbouw en wonen De woningmarkt blijft gespannen en zowel in de huur als de koopmarkt is er onvoldoende aanbod om te voldoen aan de vraag. Vooral mensen met een laag en middeninkomen ondervinden hiervan de gevolgen. In navolging van het coalitieakkoord en de afspraken die in de Woondeal met het Rijk zijn gemaakt zet Zaanstad bij nieuwe woningbouwplannen in op versnelling van de nieuwbouwproductie en een groter betaalbaar aanbod in de vorm van minstens 30% sociale huur en tenminste 30% in het middensegment. Meer sociale huurwoningen zijn ook nodig om verschillende aandachtsgroepen, zoals ouderen en mensen die vanuit een zorginstelling doorstromen, te kunnen huisvesten. Door slim te programmeren in nieuwbouw, doorstroming in bestaande voorraad te stimuleren en gebruik te maken van nieuwe wettelijke instrumenten (zoals bijvoorbeeld opkoopbescherming) komen voor zoveel mogelijk mensen woningen beschikbaar. De verwachting is dat de pilot stimuleringsregeling doorstroming 65+, op basis van de evaluatie in 2023, omgezet wordt naar een permanente regeling. Dit is een belangrijk aandachtspunt en ook door het Burgerberaad geagendeerd als vraag aan de gemeente. Bestaande Woningvoorraad Oudere woningen met een slechte fundering zijn een probleem in Zaanstad. De opgave voor de komende jaren bij funderingsherstel is zo’n 14.500 particuliere woningen en enkele duizenden corporatiewoningen met funderingen die risico lopen op aantasting door een bacterie waardoor vermindering van draagkracht ontstaat. Ruimtelijke keten In de ruimtelijke keten gaat het over het slim benutten van schaarse ruimte - omgevingsvisie, omgevingsplannen, omgevingsvergunningen en de integrale borging van omgevingskwaliteit. De Omgevingswet is ingevoerd op 1 januari 2024 De Zaanse Omgevingsvisie vormt het nieuwe kader en wordt naar verwachting in 2024 vastgesteld. De impact van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging op vergunningverlening, toezicht en handhavingstaken krijgt steeds meer vorm. De Zaanse Omgevingsvisie geeft de hoofdlijnen van het integraal omgevingsbeleid weer richting 2040 en verder. Voortbordurend op de reeds vastgestelde zes strategische opgaven en de ruimtelijke kernkwaliteiten wordt in de Omgevingsvisie een eerste ruimtelijke vertaalslag gemaakt in vijf verschillende gebieden. Ten behoeve van de Omgevingsvisie bouwen we aan een integrale strategie om stappen te zetten richting uitvoering. Het beleid is leidend voor het omgevingsplan en de omgevingsvergunning. Een groot deel van de huidige bestemmingsplannen is echter niet actueel, waardoor meer maatwerk nodig is. Op 1 januari 2024 werken we van rechtswege met een tijdelijk omgevingsplan. In dit (tijdelijke) omgevingsplan zijn alle huidige planologische plannen opgenomen. Voor een groot aantal initiatieven zijn in de tweede helft van 2023 nog bestemmingsplanprocedures opgestart, zodat deze nog onder de Wet ruimtelijke ordening vallen. In het eerste en tweede kwartaal van 2024 bieden we die aan de raad aan voor vaststelling. Ondertussen zijn we gestart met het eerste onderdeel van het Zaanse omgevingsplan voor de woonwijken voor de pilotgebieden Willis en Westzaan. De verwachting is dat in dit overgangsjaar nog veel onduidelijk zal zijn. We werken zowel met oude als met nieuwe wetgeving. Wettelijk gezien hebben we tot en met 2031 om tot één dekkend Zaans omgevingsplan te komen. Echter, de inzet is om zo snel mogelijk de basis op orde te krijgen, waardoor de dienstverlening aan de burgers, bedrijven en organisaties sneller verbetert en minder maatwerk bij vergunningen nodig is. Initiatieven kunnen via het vergunningenspoor en/of via het omgevingsplan verlopen. We spannen ons nadrukkelijk in om beide manieren mogelijk te maken. We hebben geoefend met de omgevingstafels. Daarmee proberen we in een zo vroeg mogelijk stadium initiatieven te begeleiden naar een goede procedure. Voor initiatiefnemers is er een dynamische handleiding om een omgevingsplan te kunnen maken. Omgevingskwaliteit is onder de Omgevingswet een belangrijk begrip: daarin vallen niet alleen stedenbouw en welstand, maar ook cultuurhistorie en de inrichting van de openbare ruimte. Gebiedsgericht en in een zo vroeg mogelijk stadium sturen we op de kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Bij gebiedsontwikkeling vervullen de supervisieteams een belangrijke adviserende rol. Rondom advisering bij rijksmonumenten stellen we een Gemeentelijke Adviescommissie (GAC) in. Deze GAC heeft een integrale adviesrol op omgevingskwaliteit. Versterken en behouden van de cultuurhistorische identiteit (erfgoed) |
---|
Indicatoren
Naam | Realisatie 2020 | Realisatie 2021 | Realisatie 2022 | Realisatie 2023 | Begroting 2025 | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Woonaantrekkelijkheidsindex AvG | 14 | 14 | 14 | 14 | 14 | Gelijk of verbetering | Atlas Nederlandse gemeenten |
Aandeel sociale huurwoningen in nieuw af te sluiten overeenkomsten en grondexploitaties | nb | nb | nb | 32% | ≥30% | ≥30% | Gemeentelijke registratie |
Aandeel betaalbare woningen voor middeninkomens in nieuw af te sluiten overeenkomsten en grondexploitaties | nb | nb | nb | 16% | ≥30% | ≥30% | Gemeentelijke registratie |
Aantal verbeterde funderingen van particulieren per jaar | 148 | 157 | 168 | 150 | 150 | 150 | Gemeenschappelijke registratie |
Toelichting
Woonaantrekkelijkheidsindex AvG
De Woonaantrekkelijkheidsindex is een landelijke meting waarbij op basis van veel factoren gemeenten in Nederland worden gerankt. De positie is dus ook afhankelijk van de situatie in andere gemeenten. Gezien de inspanningen van Zaanstad om het leefklimaat te verbeteren, met name ook in gebieden die nu als onaantrekkelijk worden ervaren, mogen we verwachten dat we onze positie kunnen handhaven of mogelijk verbeteren.
Aandeel sociale huurwoningen in nieuw af te sluiten overeenkomsten en grondexploitaties
We hanteren al jaren het uitgangspunt dat we in alle woningbouwplannen 30% sociale huurwoningen moeten ontwikkelen. Het aantal plannen met afspraken van voor deze periode neemt af. In alle plannen waarvoor we nu overeenkomsten sluiten is 30% sociale huurwoningen een bekend uitgangspunt.
Aandeel betaalbare woningen voor middeninkomens in nieuw af te sluiten overeenkomsten en grondexploitaties
Sinds 2022 stuurt de gemeente op het aandeel betaalbare woningen in woningbouwplannen. Dit percentage stijgt omdat er nog plannen in de pijplijn zitten waarin dit uitgangspunt nog niet was meegenomen. Nu we dit vanaf 2022 programmeren, zal minimaal 30% betaalbare woningen voor middeninkomens in overeenkomsten zichtbaar worden.
Aantal verbeterde funderingen van particulieren per jaar
Door veel hogere kosten zien we bij funderingsherstel loopt op dit moment het aantal woningen dat met funderingsherstel aan de gang gaat, terug. Omdat herstel zo veel mogelijk op vrijwillige basis gebeurt, is het bij gelijkblijvende omstandigheden erg lastig om het streefgetal van minstens 150 herstelde woningen te benaderen. We proberen in contact te komen met bewoners waar we grotere zettingen zien. We informeren, adviseren en ondersteunen deze bewoners. Ook leveren we inspanning richting het Rijk om voor onze funderingsproblemen en de geleerde aanpak opvolging en middelen te krijgen binnen het nationale programma Aanpak funderingsproblematiek.
Speerpunten 2025
Woningbouwopgave
We monitoren de voortgang in projecten en bouwen verder aan de samenwerking met marktpartijen (commercieel en de woningcorporaties) om bij vertraging tijdig op te schalen en creatieve oplossingen te zoeken.
Volkshuisvestelijk instrumentarium
We zetten het volkshuisvestelijk instrumentarium optimaal in om doorstroming te bevorderen en woonoverlast, fraude en malafide verhuur te voorkomen en te bestrijden. Denk hierbij aan het aanscherpen van de regelgeving voor kamergewijze verhuur en woningsplitsing of het invoeren van de verhuurvergunning in het kader van de Wet opkoopbescherming.
Uitvoering en nadere uitwerking van de Omgevingsvisie
We werken aan de uitvoering en nadere uitwerking van de Omgevingsvisie als ruimtelijk kader. We werken toe naar één omgevingsplan, waarin we dat in 2025 stapsgewijs wijzigen voor de bruidsschat, de pilotgebieden Willis en Westzaan en het vervolg van de bestaande woonwijken.
Omgevingskwaliteit
We werken aan de verbetering van de omgevingskwaliteit. Naar aanleiding van de evaluatie van de welstand, zal naar verwachting in 2025 het welstandsbeleid worden aangepast.
Actualisatie van de erfgoedstrategie Erfgoed Leeft!
We zetten in op de actualisatie van de erfgoedstrategie Erfgoed Leeft! Afgelopen jaren heeft ook het erfgoeddebat niet stil gestaan. Er zijn nieuwe thema’s geagendeerd of meer op de voorgrond gekomen. Tot de laatste behoren klimaatadaptatie, de cultuurhistorische waarde van het landschap en verduurzaming, tot de eerste de ratificatie van het Verdrag van Faro en de vraag hoe erfgoedparticipatie en democratische vernieuwing vanuit erfgoed vorm gegeven kan worden.
Cultuurhistorisch onderzoek
We zetten in op cultuurhistorisch onderzoek in gebieden van de Omgevingsvisie. We betrekken erfgoed in een vroeg stadium, zodat het veel meerwaarde kan geven aan gebiedsontwikkeling en de andere transformatieopgaven.
Erfgoedwaarden van Post 1945 periode
De erfgoedwaarden van Post 1945-periode zijn soms nog onbekend, maar vragen net als het meer bekende erfgoed om zorgvuldige vastlegging. We gaan in gesprek met partners, inwoners en professionals over erfgoed op object- én gebiedsniveau om de waarden voor de toekomst te behouden en te versterken.
Categorie Beeldbepalende panden
De categorie Beeldbepalende panden hebben we nog niet, maar staat wel in de erfgoedstrategie om toegevoegd te worden aan de vormen van bescherming. Door delen van karaktervolle gebouwen of objecten te behouden voor de stad of door deze als inspiratie te laten dienen, behouden we de kwaliteit van het Zaanse stadsbeeld. Deze categorie zorgt voor een lichte vorm van bescherming, waardoor ontwikkelingen geen – nodeloze – vertraging oplopen maar we wel zorgvuldig met ons erfgoed kunnen omgaan. Hiervoor werken we nu aan beleidsregels.
Beïnvloedbaarheid van de kosten
Beïnvloedbaar
De beïnvloedbare kosten betreffen kosten voor de MAAK gebieden (€ 2,3 mln), de kwaliteit van de woningvoorraad en uitvoering van de woningvisie en woningnet (€ 0,9 mln), de kosten rondom funderingen (€ 0,5 mln), kosten brandveiligheid woonwagens (€ 0,3 mln) en monumenten en archeologie (€ 0,2 mln).
Beperkt beïnvloedbaar
Dit betreft kosten voor monumenten en welstand (€ 0,3 mln), omgevingswet en wet kwaliteitsborging (€ 0,5 mln), woonruimte zaken en bestemmingsplannen (€ 0,3 mln), drukteplan Zaanse Schans (€ 0,2 mln), de dotatie aan de reserve GAF (€ 0,2 mln) en het Ebbehof parkeerterrein (€ 0,1 mln).
Niet beïnvloedbaar
Dit zijn kosten voor het nationaal isolatieprogramma (€ 1,7 mln) en kosten rondom omgevingsvergunningen (€ 0,1 mln.).
Op middellange termijn beïnvloedbaar
Dit betreft voornamelijk kosten voor personeel (€ 13,0 mln), planbegeleidingskosten (€ 0,6 mln), subsidieregelingen voor fundering en monumenten (€ 0,8 mln).